De eerste stap in het proces van bezien, herzien en actualiseren is het aanbrengen van een prioritering in de werkzaamheden die hiervoor benodigd zijn. Iedere organisatie heeft hiervoor haar eigen aanpak. Hieronder staat een tweetal voorbeelden van een aanpak op basis van impact. 

Voorbeeld ‘Impactanalyse vergunningen’

In de actualisatieslag wordt gestart met het actualiseren van de impactvolle bedrijfstakken. De volgende systematiek wordt toegepast om de impact te inventariseren van de bedrijfstakken die in het beheergebied van het waterschap voorkomen. De vergunningverleners scoren de bedrijfstakken op de onderstaande criteria (zie lijst met criteria). Per criteria geven ze een score van 1 (klein), 2 (matig) of 3 (groot). De totaalscore voor een bedrijfstak volgt door de scores voor de vier criteria op te tellen (zie tabel score criteria per bedrijfstak). De meest impactvolle bedrijfstakken hebben de hoogste score (zie tabel met vertaling score naar impact). Na bepaling van de impact wordt gekeken naar de te verwachten uren per vergunning/branche. De verdeling en planning wordt gemaakt op basis van een combinatie van: impact en de te verwachten tijd om een gelijkwaardige werkverdeling te krijgen in de jaren om het project uit te voeren.

Voorbeeld ‘Prioritaire lozingsvergunningen’

In het proces van bezien, herzien en actualiseren van vergunningen focust Rijkswaterstaat zich op de meest prioritaire lozingsvergunningen. Het zwaartepunt ligt hierbij op de zogenaamde IPPC-bedrijven, de grotere industriële bedrijven die vallen onder de Richtlijn industriële emissies. Binnen de IPPC-bedrijven richten de vergunningverleners zich in eerste instantie op de papier- & chemische industrie en de afvalverwerkers. Een deel van de vergunningen wordt ad-hoc geprioriteerd. Zodra een bedrijf zich meldt dan vormt dat een aanzet om de vergunning te gaan bezien. In dat geval moet de vergunningverlener zich tóch gaan verdiepen in het betreffende bedrijf en is het logisch om te starten met het proces van bezien, herzien en actualiseren van een lozingsvergunning.

Daarnaast krijgen organisaties ook nieuwe vergunningaanvragen binnen. Hiervoor geldt (in de meeste gevallen) een wettelijke termijn van 26 weken. Binnen deze periode dient de vergunningverlener een besluit te nemen over de vergunningaanvraag. Door deze wettelijke termijnen krijgen nieuwe vergunningaanvragen veelal de prioriteit boven het bezien/herzien van bestaande vergunningen (waar géén wettelijke termijnen aan zijn verbonden).